6
Zorgstructuur
6.1 Wet Passend Onderwijs
Elk kind heeft recht op goed onderwijs dat aansluit op de onderwijsbehoefte van het soort; ook als dit een bijzondere onderwijsbehoefte is. Scholen hebben ook zorgplicht. Dat omvat dat scholen élk kind een passende onderwijsplek moeten bieden.
In augustus 2014 is de wet op passend onderwijs ingegaan. Sinds dat moment valt onze stichting onder Samenwerkingsverband Passend Wijs.
Op de website www.swv-passendwijs.nl leest u alles over passend onderwijs.
6.2 Intern begeleider
De intern begeleider is verantwoordelijk voor passend onderwijs op Sunte Werfert. Zij ondersteunt ouders en leerkrachten in de begeleiding van de kinderen met specifieke behoeften. In sommige gevallen schakelen wij, altijd na overleg met ouders, externe deskundigheid in.
Wij doen als team ons uiterste best om elk kind de zorg en aandacht te bieden die het kind nodig heeft. Om te weten welke extra ondersteuning onze school kan bieden, kunt u ons School Ondersteunings Plan (SOP) inzien op https://www.suntewerfert.nl/Meer-informatie/Schoolondersteuningsprofiel-SOP
Wanneer een kind, ondanks alle inspanningen toch onvoldoende ontwikkeling laat zien, volgt er een gesprek met ouders en worden andere opties besproken.
6.3 Ondersteuningsteam
Om ervoor te zorgen dat kinderen snel geholpen kunnen worden, werkt de Intern Begeleider nauw samen met de jeugdarts en maatschappelijk werk. Dit is georganiseerd in een ondersteuningsteam. Tijdens een zogenoemd rondetafelgesprek bespreekt zij, samen met de ouders, het kind met de jeugdarts en maatschappelijk werk. Soms zijn problemen ingewikkeld of zijn ze niet school-gebonden. Op dat moment kan het adviesteam ingeschakeld worden en wordt er met hen een rondetafelgesprek georganiseerd. Het adviesteam is, afhankelijk van het probleem, van wisselende samenstelling. Hierin kunnen onder andere de jeugdarts, maatschappelijk werk, de leerplichtambtenaar, een medewerker van PassendWijs of de politie deelnemen. In alle gevallen vraagt de leerkracht of de Intern Begeleider toestemming aan u om uw kind in één van de bijeenkomsten te mogen bespreken.
6.4 Meldcode Huiselijk geweld en Kindermishandeling
Op 1 juli 2013 is de wet Meldcode Huiselijk geweld en Kindermishandeling in werking getreden. Deze meldcode helpt professionals om een zorgvuldige wijze te handelen bij mogelijke signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling.
Per 1 januari 2019 is de Meldcode veranderd. Het is vanaf dat moment een professionele norm om melding te doen bij Veilig Thuis wanneer er vermoedens zijn van acute en structurele onveiligheid voor het kind. De 5 stappen uit de eerste wet Meldcode blijven bestaan, maar stap 4 en 5 worden aangepast. In stap 5 vervalt het onderscheid tussen hulp verlenen of melden. De beroepskracht neemt in de nieuwe situatie twee losse besluiten:
- Is melden bij Veilig Thuis noodzakelijk?
- Is zelf hulp bieden of organiseren ook (in voldoende mate) mogelijk?
Als hulpmiddel om te komen tot het besluit om te melden is het per 1 januari 2019 verplicht om als beroepskracht een afwegingskader te gebruiken in stap 4 en 5 van de meldcode.
De medewerkers zijn bekend met het stappenplan en de Intern Begeleider is opgeleid om volgens het stappenplan te handelen. In het kindcentrum is een het stappenplan voor het team zichtbaar aanwezig. Voor meer informatie: www.rijksoverheid.nl